Verhit een koekenpan zonder olie of boter en rooster de pinda’s 2 min. op middelhoog vuur. Haal uit de pan, laat iets afkoelen, hak fijn en houd apart.
2
Doe de tamarinde met de vissaus, kokosbloesemsuiker en het water in een steelpan en verwarm 2 min. op laag vuur tot de suiker is opgelost. Zet het vuur uit en houd de saus apart. Pel en snipper de sjalot en pel en snijd de knoflook fijn. Snijd de bieslook in 3 stukken van ca. 5 cm.
3
Pel de garnalen en maak met de punt van een scherp mesje een snee in de rug van de garnaal. Verwijder met het mesje voorzichtig het darmkanaal. Dep de garnalen goed droog met keukenpapier. Bestrooi met peper en zout.
4
Verhit ½ van de arachideolie in een wok op hoog vuur en bak de garnalen 3 min. Neem met een schuimspaan uit de pan en houd afgedekt onder aluminiumfolie warm. Bereid ondertussen de rijstnoedels volgens de aanwijzingen op de verpakking.
5
Verhit de overige arachideolie in dezelfde pan en bak de sjalot en knoflook 1 min. op hoog vuur. Voeg de noedels en de apart gehouden saus toe en roer door elkaar tot de noedels de saus hebben opgenomen.
6
Schuif de noedels naar de zijkant van je wok, zet het vuur middelhoog en breek de eieren naast de noedels in de wok. Maak de dooiers kapot, leg de noedels met een tang op de eieren en laat 30 sec. bakken tot de eieren iets gestold zijn. Schep alles goed door. Voeg de taugé en bieslook toe en roer erdoor. Breng op smaak met peper.
7
Serveer de Pad Thai met de garnalen en bestrooi met de geroosterde pinda’s. Snijd de limoen in partjes en serveer erbij.
Scan mij!
Dit recept online bewaren?
Scan de QR-code voor een profiel en bewaar gemakkelijk jouw
favoriete recepten online.