Dop de sperziebonen en halveer ze. Snijd de spitskool in reepjes. Snijd de komkommer in plakjes en de limoen in partjes. Snijd de tempeh in blokjes van 1,5 à 2 cm. Pel de knoflook en snijd fijn. Rasp de verse gember.
2
Kook de sperziebonen met wat zout in zo’n 7 min. gaar. Kook de spitskool in de laatste twee minuten mee. Giet af.
3
Verhit de helft van de arachideolie in een pan en bak de tempeh in 8-10 min. krokant. Voeg 2/3 van de ketjap manis toe en bak nog 2 min.
4
Maak ondertussen de pindasaus door de pindakaas, kokosmelk, knoflook en gember toe te voegen aan een pan. Zet het vuur op middelhoog en blijf roeren tot de saus indikt, maar breng het niet aan de kook. Roer als laatste de overige ketjap en de sambal door de pindasaus.
5
Verhit de overige arachideolie in de koekenpan en voeg de bloemkoolrijst met een snuf zout en de kerrie toe. Schep zo’n 2 min. om op middelhoog vuur. Voeg een scheutje water toe, zet een deksel op de pan en laat de bloemkoolrijst nog 3 min. stomen.
6
Verdeel de bloemkoolrijst over twee kommen en serveer met de spitskool, sperziebonen, komkommer, tempeh, pindasaus, limoenpartjes, emping en seroendeng.
Scan mij!
Dit recept online bewaren?
Scan de QR-code voor een profiel en bewaar gemakkelijk jouw
favoriete recepten online.