Meng de gist met warm water en suiker en laat dit 10 minuten staan.

Breng een pan water aan de kook en kook de pompoen in 7 tot 10 minuten gaar. Giet de pompoen af en mix samen in een blender met de kaneel en kardemom, laat het geheel afkoelen.

Smelt de boter en mix deze met bloem, zout, het gistmengsel, pompoenpuree en de helft van de eieren in een keukenmachine met deeghaak of met de deeghaken van de mixer.

Ris de tijm van de takjes en voeg deze toe aan het deeg. Kneed het geheel 10 tot 15 minuten door tot een soepel deeg.

Besmeer een grote kom met zonnebloemolie en leg het deeg hierin. Bedek de kom met een vochtige theedoek en laat het deeg ongeveer 1 tot 2 uur rijzen op een warme plek, totdat het in volume is verdubbeld.

Druk het deeg vervolgens plat op een met bloem bedekt oppervlak en verdeel het deeg in 12 gelijke stukken van ongeveer 70 gr. Vorm de stukken tot gladde balletjes.

Knip 48 stukjes keukentouw van ongeveer 30 cm. Leg twee touwtjes haaks op elkaar in de vorm van een plusteken en leg daarover diagonaal nog eens twee touwtjes. Leg nu het deegballetje in het midden en knoop alle touwtjes losjes om de deegbal. Doe dit niet te strak, anders kun je het touwtje later niet meer verwijderen. Herhaal dit voor de overige 11 broodjes.

Leg de deegballetjes op ongeveer 10 cm uit elkaar op een met bakpapier beklede bakplaat. Laat ze nogmaals 45 minuten tot 1 uur rijzen op een warme plek bedekt met een vochtige theedoek.

Verwarm de oven voor op 200 ˚C.

Klop het laatste ei los en meng dit met honing. Besmeer de gerezen broodjes dun en gelijkmatig met het eimengsel. Bak de broodjes in 20 tot 30 minuten af totdat ze goudbruin zijn.

Verwijder de touwtjes nadat de broodjes zijn afgekoeld. Snijd de pecannoten door de helft en steek een halve pecannoot in de bovenkant van het broodje.