Voeg de baking soda toe aan een kom. Kluts in een tweede kom het ei los. Mix in een derde kom het paneermeel met wat peper en zout, het paprikapoeder en knoflookpoeder. Dep de wokgarnalen droog en dip ze één voor één in de baking soda, dan in het ei en dan in het paneermeel. Zet de gepaneerde garnalen opzij tot gebruik.

Pel en snijd de ui en knoflook fijn. Verhit ½ van de olijfolie in een pan op middelhoog vuur en fruit de ui en knoflook 2 min. Voeg de kookroom en geraspte Parmagiano Reggiano toe en laat dit langzaam inkoken. Breng de roomsaus op smaak met peper en zout.

Breng ondertussen een pan met water aan de kook en bereid de verse tagliatelle volgens de aanwijzingen op de verpakking. Giet af en bewaar een beetje kookvocht voor de roomsaus. Roer dit erdoorheen.

Was de zeekraal en vrewijder de harde takjes. Verhit de overige olijfolie in een wokpan en bak de zeekraal 2 min.

Rasp de schil van de limoen (rasp het witte gedeelte niet mee, dit is bitter) en pers het sap eruit. Voeg de limoenrasp en -sap toe aan de tagliatelle.

Verhit de 100 ml olijfolie voor het frituren in een pan en bak de garnalen goudbruin en krokant. Serveer de tagliatelle met de roomsaus en garneer met de zeekraal en crispy garnalen.