Verwarm de oven voor op 200ºC. Schenk de olijfolie in een (hoge) ovenschaal van 20 bij 12 cm en zet in de voorverwarmende oven.

Meng het zelfrijzend bakmeel met het zout in een beslagkom. Schenk al roerend beetje voor beetje de melk erbij en voeg daarna de eieren toe en klop alles met een garde tot een glad beslag. Ris de blaadjes tijm van de takjes en schep ze door het beslag.

Pel de ui en maak de prei schoon. Snijd de ui in parten en de prei in ringen.

Bak het spek in een droge koekenpan tot ze mooi knapperig zijn. Laat ze even uitlekken op een bordje met keukenpapier. Bak in dezelfde pan de worstjes rondom bruin. Voeg de ui en prei toe en bak 2-3 min. mee tot ze een lichtbruine kleur krijgen. Schep de mosterd erdoor.

Haal de ovenschaal uit de oven. Let goed op, de schaal en olie zijn flink heet geworden. Schep de helft van de ingrediënten (worstjes, spek, ui en prei) in de ovenschaal. Schenk het beslag erover en leg de rest van de ingrediënten erin. Zet 20 min. in de oven.

Haal na 10 min. de ovenschaal uit de oven. Knip de trostomaatjes in kleinere takjes en leg tussen de worstjes. Zet de ovenschaal terug in de oven en bak nog 10 min. tot goudbruin. Serveer direct uit de oven.