Pel en snijd de knoflook en witte ui grof. Schil de gember en snijd klein. Schil 10 gr van de kurkuma en snijd fijn. Snijd de laos klein. Verwijder de buitenste bladeren en de onderkant van ½ van de sereh en snijd fijn. Rasp de kurkuma.

Verhit een pan op laag vuur zonder boter of olie en rooster het korianderzaad, komijnzaad, venkelzaad, witte peper en gedroogde chili voor 5 min. Voeg de knoflook toe en bak 5 min. mee. Voeg ½ van de kokosolie, witte ui, gember, kurkuma, laos en fijngesneden sereh toe en bak in 5 min. goudbruin. Laat afkoelen en pureer het geheel in een blender of met een grote vijzel tot een curry pasta.

Schil de overige kurkuma en rasp dit. Verhit een pan op middelhoog vuur en voeg de curry pasta, geraspte kurkuma, vissaus, kokosmelk, palmsuiker, zout en visbouillon toe. Breng zachtjes aan de kook.

Verhit ondertussen de overige kokosolie in een pan op laag vuur. Verwijder de buitenste bladeren van de overige sereh en bak met het limoenblaadje 1 min. zodat de smaken vrij komen. Zet het vuur hoger, voeg de garnalen toe en bak in 3-5 min. gaar.

Kook ondertussen de rijst volgens de aanwijzingen op de verpakking.

Snijd de onderkant van de bimi, voeg toe aan de curry saus en gaar in de saus voor 8 min. Voeg de laatste minuut de taugé toe. Snijd de rode peper in ringen.

Doe de rijst samen met de curry saus en garnalen in een diep bord. Garneer met de rode peper en serveer.