Tarte tatin van sjalot, kastanjes en rode biet

Een omgekeerde taart

Tarte tatin is een heerlijk Frans gebak dat zijn oorsprong vindt in het schilderachtige dorpje Lamotte-Beuvron in de 19^e eeuw. Het verhaal gaat dat de zussen Stephanie en Caroline Tatin per ongeluk deze verrukkelijke taart creëerden in hun hotel-restaurant, dat destijds een populaire ontmoetingsplaats was voor jagers en reizigers. Een geluk bij een ongeluk!

Het bijzondere aan tarte tatin is dat het een omgekeerde taart is. In plaats van de traditionele methode waarbij de vulling boven op het deeg wordt geplaatst, begint men bij tarte tatin met het karamelliseren van suiker en boter in een ovenbestendige pan. Daarna worden de vruchten, meestal appels, in dit rijke mengsel gelegd, bedekt met een laagje deeg en gebakken tot het deeg goudbruin is. Wat deze taart zo speciaal maakt, is de combinatie van de knapperige, gekarameliseerde bovenkant met de zachte, sappige vruchten onderaan. Het proces van karamelliseren geeft de appels een rijke smaak en zorgt voor een heerlijke siroop die de hele taart doordrenkt.

Tarte tatin wordt vaak geserveerd met een royale lepel crème fraîche of een bolletje vanille-ijs, wat de perfecte tegenhanger vormt voor de zoete en rijke smaken van de taart. Het is een traktatie die het beste warm geserveerd kan worden, zodat de karamel nog smeuïg is en het deeg lekker knapperig. Naast appel kan je er ook voor kiezen om peer of ananas te gebruiken, of een hartige tarte tatin te maken zoals dit recept of deze lekkere tarte tatin van gekarameliseerde pompoen. Beide recepten zijn heerlijk om te maken als starter van een feestelijk en smaakvol kerstdiner met vrienden of familie.